De Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen en the United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) hebben in 2017 een schatting van de omvang van mensenhandel in Nederland gemaakt. In dit onderzoek wordt het jaarlijks aantal slachtoffers van mensenhandel geschat rond de 6.250. Dit is zo’n vijf keer hoger dan het aantal geregistreerde slachtoffers, wat betekent dat veel slachtoffers van mensenhandel buiten beeld van instanties blijven. Van deze mensen zijn 1.325 personen (21%) slachtoffer van grensoverschrijdende uitbuiting buiten de seksindustrie.

Topje van de ijsberg
Lang niet alle gevallen van moderne slavernij worden herkend of opgespoord en  slachtoffers doen niet altijd aangifte. Ze zijn vaak bang, voelen zich onveilig en vermijden contact met de politie uit angst voor uitzetting of wraak of omdat ze denken zelf strafbaar te zijn. Door ervaringen in hun land van herkomst hebben slachtoffers soms weinig vertrouwen in de politie.

Met ingang van 1 januari 2005 is het nieuwe strafrechtsartikel mensenhandel 237f in werking getreden. Sinds de wetswijziging zijn niet alleen gedwongen prostitutie, maar ook andere vormen van uitbuiting strafbaar. Onder deze andere vormen vallen uitbuiting op het werk buiten de seksindustrie, moderne slavernij, op slavernij lijkende praktijken en de handel in organen.

Volgens het nieuwe artikel mensenhandel is er sprake van dwang bij:

  • dwingen door geweld of dreigen met geweld;
  • het ten onrechte opleggen van vaak torenhoge schulden;
  • het afnemen van identiteitskaarten en paspoorten.
  • misbruik van machtsoverwicht
  • misleiding waardoor het slachtoffer voor een veel te laag loon en onder slechte arbeidsomstandigheden aan het werk gaat.

Een belangrijke factor die meespeelt bij de vraag of er sprake is van mensenhandel, is uitbuiting. Signalen die worden meegewogen om te kijken of er sprake is van uitbuiting, zijn, als de persoon in kwestie:

  • niet zelf de reis en de benodigde papieren heeft geregeld;
  • niet beschikt over het eigen paspoort of de eigen reisdocumenten;
  • bang is voor uitzetting;
  • illegaal verblijft in Nederland;
  • een onredelijk groot deel van de inkomsten moet afdragen;
  • een relatief hoge schuld heeft die moet worden afbetaald;
  • beperkte bewegingsvrijheid heeft of in gevangenschap leeft;
  • in opdracht van een derde moet werken;
  • in zijn familie chantage, afpersing of bedreiging ziet voorkomen.

Om inzicht te krijgen in de omvang van mensenhandel, kent Nederland sinds 2000 de Nationaal Rapporteur Mensenhandel. Een uitgebreid overzicht van de rapportages is te vinden op de website van de Nationaal Rapporteur Mensenhandel te vinden.